Migratie van Kabul naar Nederland

Journalist Farid Siavash, geboren in Kabul, bouwde na zijn gedwongen vlucht uit Afghanistan een nieuw leven op in Nederland en deelt nu zijn verhaal.

"Mijn naam is Farid Siavash, geboren in Kabul, de hoofdstad van Afghanistan. Meer dan twintig jaar geleden moesten mijn familie en ik noodgedwongen ons land verlaten. Ik heb aan de Universiteit van Kabul geschiedenis, filosofie en journalistiek gestudeerd. Voordat ik migreerde, werkte ik als journalist, met een focus op politieke en historische analyses.

Mijn ouders waren intellectuelen. Mijn vader had een hoge functie bij het Ministerie van Financiën. Maar met de opkomst van de Taliban werden veel onderwerpen taboe. Wij geloofden in democratie en vrijheid van meningsuiting, maar deze waarden bestonden niet langer. Journalistiek werd voor mij extreem gevaarlijk en ik kon de situatie niet accepteren. Uiteindelijk besloten we asiel aan te vragen in Nederland.

 

Eerste ervaringen

We wisten weinig over Nederland, behalve dat het een democratisch en vrij land was, waar iedereen zijn mening kon uiten en waar er kansen waren voor mensen die zich wilden aanpassen. Onze migratie was geen keuze uit verlangen naar rijkdom of een beter leven, maar een poging om ons leven te redden.

Toen we aankwamen, spraken we geen woord Nederlands. Ik herinner me dat we op Schiphol een formulier kregen en de medewerker "Alstublieft" zei. We dachten dat dit de naam van het formulier was! Het duurde even voordat we begrepen dat het eigenlijk "alsjeblieft" betekende. Tot op de dag van vandaag moeten we lachen als we dat woord horen.

Het leren van de Nederlandse taal was moeilijk. Ik besloot om zo snel mogelijk Nederlands te leren, zodat we konden deelnemen aan het dagelijks leven en onze dankbaarheid konden tonen aan de Nederlandse samenleving voor het ontvangen van ons. Sommige woorden klonken echt vreemd. Toen we bijvoorbeeld voor het eerst het woord "achtentachtig" (88) hoorden, uitgesproken met een diepe keelklank, vroegen we ons af: "Wat is dit voor taal?!"

 

Integratie

Nederland is een prachtig en vredig land met vrijheden die wij in ons thuisland niet hadden. Toch geloof ik dat nieuwkomers de taal moeten leren, zich moeten aanpassen aan de samenleving en de cultuur hier moeten respecteren. Tegelijkertijd denk ik dat degenen die zich niet kunnen vinden in de regels, waarden en normen van dit land, hier misschien geen plek hebben.

Mijn drie kinderen zijn allemaal werkzaam, maar mijn jongste dochter had in het begin veel moeite. Ze wilde niet naar school omdat ze de taal niet sprak en zich eenzaam voelde. Maar na verloop van tijd wist ze deze fase te overwinnen.

 

Activiteiten

Al drie jaar ben ik voorzitter van de Afghaanse Culturele Vereniging in Ridderkerk. In deze plaats wonen ongeveer 180 tot 200 Afghaanse families. Daarnaast werk ik nu een jaar samen met de Social Store.

Bij Social Store voer ik twee taken uit:

Ten eerste regisistreer ik de gezinnen en personen die in aanmerking komen voor hulp, uiteraard na een gesprek.

Ten tweede help en begeleid ik mensen die moeite hebben met het invullen van formulieren, het beantwoorden van brieven of problemen ondervinden op het gebied van onderwijs, sociale diensten, gezondheidszorg, huisvesting of gezinszaken. 

De Stichting Integratie Ridderkerk (SIR) en de Social Store zijn gevestigd in hetzelfde gebouw aan de Sportlaan, naast het zwembad. Stichting SIR richt zich op de integratie van migranten in de samenleving en biedt buddy's aan nieuwkomers om hen te helpen met het invullen van formulieren, het vinden van huisvesting, het volgen van taallessen en zelfs met vertalingen."